Klucht
From The Art and Popular Culture Encyclopedia
Related e |
Featured: |
- een kort toneelstukje waarin een komisch geval uit het dagelijks leven wordt behandeld.
- een groep samenlevende dieren zoals een troep vogels, met name een ouderpaar met broedsel.
- een lachwekkend voorval.
Komt uit een Zuidoost-Nederlands dialect waar het koppel, troep of kudde betekent. Dit woord is vermoedelijk afgeleid van het 16e-eeuwse kluft, wat menigte betekent.
Literary genre
Een klucht was aanvankelijk (14e-17e eeuw) een kort toneelstuk, waarbij het volkse vermaak (met een soms scabreus karakter) centraal stond: Overspel, goedgelovigheid en dronkenschap zijn dan de meestvoorkomende thema's. De functie was indertijd minder gericht op een verpakking van een wijze alswel op de verdrijving van de verveling (acedia) en een remedie tegen melancholie.
Later krijgt de klucht meer het karakter van een komisch toneelstuk (of een komische film) gericht op het vermaken van het publiek met onwaarschijnlijke en extravagante situaties die toch vaak binnen de grenzen van het mogelijke blijven. Vermomming of persoonsverwisseling speelt vaak een grote rol in een snelle verhaallijn die nog verder intensiveert naarmate het hoogtepunt nadert, vaak met een uitgebreide achtervolgingsscène. Opzettelijke absurditeit of onzin vindt ook vaak een plaats in de klucht, evenals verbale humor met wisselend beschavingspeil, zoals woordspelingen en seksuele insinuaties.
In tegenstelling tot romantische komedies bevat een klucht meestal geen traditionele verhaallijn met gefrustreerde jonge geliefden die uiteindelijk alle moeilijkheden overwinnen. In plaats daarvan spitst de klucht zich meestal toe op een handeling die over de schreef gaat, of een neiging om dingen verborgen te willen houden voor de andere figuren - en de onvoorziene kettingreactie die daarop volgt.
De klucht (cluijte) als genre is in Nederland terug te voeren tot ca. 14e eeuw, al werd zo'n klucht dan vaak anders genoemd (esbattement of sotternie). Zij is waarschijnlijk ontstaan uit het vastenavondspel. Zoals de oude Duitse vastenavondspelen ons leren - in de lage landen is niets van het genre bewaard- waren het zeer ruwe grappen, die door jongelui afwisselend voorgedragen werden. Kluchten waren lange tijd anoniem; rond 1600-1700 melden zich schrijvers als Molière, maar ook Noozeman, Focquenbroch, Bredero, W.D.Hooft, W.Ogier en J.de Grieck. Met name de kluchten van Bredero (klucht van de molenaar, klucht van de koe) genieten nog wel enige bekendheid. Historische kluchten van Noozeman, Focquenbroch zijn nauwelijks bij het grote publiek bekend. Sinds 2004 worden de oude kluchten in Nederland onder de aandacht gebracht door de Leydse KluchtenCompagnie, die kluchten rond 1650 hertaalt en bewerkt voor opvoering.
De klucht uit de Gouden Eeuw is niet te vergelijken met de moderne klucht. De oude klucht werkt nagenoeg altijd met eindrijm, bevat meer taalkundige spitsvondigheden dan situationele verwikkelingen en sluit veelal af met een moraal. In de tijd ervoor, met name in de Middeleeuwen, werd de klucht vaak gespeeld na een abel spel (een serieuzer 'religieus' stuk), zodat het publiek toch nog enigszins positief huiswaarts kon keren.
In tegenstelling tot de moderne klucht had de 'oude' klucht te maken met stevig verzet van kerkelijke zijde. Menig kerkenraad kreeg het gedaan dat in de steden (dit speelde tot eind 17e eeuw!) de opvoering van kluchten werd verboden. Dit, omdat de kluchten door o.a. de rederijkerskamer ook op zondag gespeeld werden en de kluchten door de predikanten als 'onzedig' afgedaan werden. Vaak week men dan met de kluchten uit naar nabijgelegen plaatsen. Dit is ook een van de redenen dat in de stadsarchieven weinig details over klucht(opvoering)en te vinden zijn.
In de zeventiger en gedeeltelijk ook de tachtiger jaren speelde de, op dat moment vooral van oorsprong Britse, klucht op het toneel zich meestal af in één decor. Vaak is dat de woonkamer of de keuken met veel deuren en mogelijk ook Franse ramen, die naar de andere kamers of de tuin leiden. De klucht kan zich echter ook afspelen in een ziekenhuiskamer of een kantoor. Filmkluchten zijn meestal minder terughoudend in hun ruimtegebruik. Anno 2000 worden er weer kluchten geschreven die teruggrijpen naar de grotere variëteit die het genre aanbiedt. Bij deze werken wordt er minder geleund op thema's als overspel, deuren en zogenaamde 'pikanteriën'.
Japan heeft een eeuwenoude traditie op het gebied van kluchten die Kyogen genoemd wordt. Kyogen vormen de vrolijke noot gedurende de lange serieuze Noh-toneelstukken.
John Lanting, grondlegger van het Theater van de Lach, wordt algemeen beschouwd als de koning van de Nederlandse klucht en ook wijlen Joop Doderer en Piet Bambergen waren bekende Nederlandse spelers in kluchten. Jon van Eerd schreef een nieuwere, modernere vorm van het genre. Zo herschreef hij de klassieker De Tante van Charlie en schreef hij de stukken de Vlooienmars, Een Rits te Ver en Dubbel Op.
Gerelateerde onderwerpen
- Attische Komedie
- Burleske
- Cabaret
- Commedia dell'arte
- Komedie
- Sitcom
- Stand-upcomedy
- Leydse KluchtenCompagnie